Renovatie van sociale woningen: betrek en begeleid huurders

Gepost op 2021-04-14

De renovatie van sociale woningen is een belangrijke hefboom in de strijd tegen energiearmoede. Energiearmoede treft immers 41% van de sociale huurders. De drie gewesten trekken de komende vijf jaar miljarden uit voor deze renovatie. Het Platform tegen Energiearmoede vraagt om de huurders voor, tijdens en na deze renovatiewerken te betrekken. Het formuleert hiervoor zes aanbevelingen.

Uit de nieuwe Barometer Energie- en Waterarmoede blijkt dat een vijfde (20,7%) van de Belgische huishoudens in 2019 getroffen werd door één of andere vorm van energiearmoede. Dit aandeel is nauwelijks veranderd sinds 2009. De toestand is vooral zorgwekkend voor sociale huurders, waarbij alleenstaanden, eenoudergezinnen en vrouwen nog eens het grootste risico lopen.  Deze kwetsbaarheid kan worden verklaard door een lager besteedbaar inkomen en door een energierekening die aanzienlijk zwaarder op het budget weegt. Vlaanderen scoort minder slecht dan de andere gewesten, maar in het algemeen leeft ook in Vlaanderen 15% van de huishoudens in energiearmoede.

Ondersteun huurders bij renovaties

Ondanks uitgebreide investeringen in de renovatie van sociale woningen de afgelopen jaren, slurpen veel sociale woningen nog te veel energie. Dit drijft voor huurders de energierekening op. Fors investeren in de renovatie van sociale woningen kan aanzienlijke economische, sociale en milieuwinst opleveren. De relanceplannen na de COVID-19-crisis stroken ook met deze doelstellingen. Vlaanderen zal meer dan 800 miljoen euro per jaar in de sociale huur investeren tussen 2019 en 2024 voor zowel renovaties als nieuwbouw.

Om de effecten van deze investeringen op lange termijn te maximaliseren, adviseert het Platform tegen Energiearmoede om de huurders te betrekken bij het renovatieproces en om hen te ondersteunen bij het gebruik van hun gerenoveerde woning. Renovatiewerken hebben een grote impact op het leven van huurders van sociale woningen en moeten dus aandachtig opgevolgd worden door woonmaatschappijen.

Aanbevelingen om energiearmoede tegen te gaan

De leden van het Platform tegen Energiearmoede formuleren op basis van verdieping in bestaande initiatieven uit België en Frankrijk en op basis van interviews met betrokkenen (huurders, huurbegeleiders, sociale huisvestingsmaatschappijen en professionals inzake renovatie) unaniem zes aanbevelingen. Die worden opgedeeld in drie pijlers:

  • De eerste pijler betreft het creëren van voorwaarden die het betrekken van huurders bij de renovatie van sociale woningen vergemakkelijken. Zo is het belangrijk om uitwisselingsplatformen en ontmoetingsplaatsen te voorzien tussen de huurders, de stakeholders van de renovatie (gemeenten, OCMW’s, sociale diensten, architecten, ondernemers…) en de sociale huisvestingsmaatschappijen. Op deze manier kan er geluisterd worden naar de bezorgdheden van de huurders, kunnen er oplossingen uitgewerkt worden op maat van het terrein,… Dit betekent ook dat huurders betrokken worden van bij de voorbereiding van het project, bijvoorbeeld bij de beslissingen over hun woning vóór de renovatie. Het is belangrijk om dit proces daarna gaande te houden tijdens de hele renovatie door met hen van gedachten te wisselen over relevante thema’s.
  • De tweede pijler betreft het begeleiden van huurders van sociale woningen na de renovatie. Voorzie in specifieke ondersteuning bij het leren gebruiken van de voorzieningen in de woning. Dit kan door het organiseren van participatieve workshops met praktisch advies of het zorgen voor permanenties van adviseurs in zuinig energieverbruik. Hiervoor kan samenwerking gezocht worden met lokale partners. Daarnaast zorgt de sociale huisvestingsmaatschappij best voor een laagdrempelig aanspreekpunt waar sociale huurders terecht kunnen met vragen en problemen over hun gerenoveerde woning. Denk bijvoorbeeld aan een conciërge of een huurdersambassadeur die als tussenpersoon kan fungeren.
  • Tenslotte betreft het de financiering van participatieve renovatieprojecten en de begeleiding bij het gebruik van gerenoveerde woningen. Sociale woonmaatschappijen beschikken over beperkte financiële middelen. Er zal dus verder in kaart gebracht en uitgewerkt moeten worden wat het kostenplaatje is, op welke manier renovatiekosten beperkt kunnen worden, wat de rol van de overheid is op het vlak van de renovatie van sociale woningen en hoe participatieve renovatie en huurdersbegeleiding hierin ingepast kunnen worden. De fondsen van de Europese Commissie kunnen dit beleid nog versterken.

Het Platform tegen Energiearmoede brengt de betrokken spelers zoals energieleveranciers- en verdelers, regulatoren, armoedeverenigingen, OCMW-federaties, academici, administraties, architecten, sociale-huisvestingsmaatschappijen bijeen en wordt beheerd door de Koning Boudewijnstichting. Ook VIVAS is lid van dit Platform en werkte mee aan dit rapport.