“De impact van een sociale huurwoning is groot” – Interview met onderzoeker Marieke Frederickx (CEBUD)

Gepost op 2024-02-17

Welk inkomen heb je nodig om in Vlaanderen volwaardig deel te nemen aan de samenleving? En kan een sociale huurwoning of huurpremie een wezenlijk verschil maken? Wij vroegen het aan Marieke Frederickx die hier samen met haar collega’s bij CEBUD (Expertisecentrum Budget en Financieel Welzijn) onderzoek naar deed.

Jullie hebben onderzocht welk inkomen een huishouden nodig heeft om volwaardig aan de samenleving te kunnen deelnemen. Wat houdt ‘volwaardig aan de samenleving deelnemen’ voor jullie in?

Je hebt voldoende inkomen als je in staat bent om alle sociale rollen die de maatschappij van je verwacht kan vervullen. Kijk ik naar mezelf dan ben ik bijvoorbeeld moeder, collega, vriendin, burger, dochter enzovoort. Wat je minimaal nodig hebt om deze rollen te kunne vervullen, is ook afhankelijk van de tijd en de maatschappij waarin je leeft. De betekenis is dus anders in België dan in een ander land of dan dertig jaar geleden.

Concreet kijken we naar adequate voeding, huisvesting, een veilige kindertijd, gezondheid, enzovoort. Van elk van die behoeftes, er zijn er zo 11, bekijken we welke goederen en diensten hiervoor minimaal nodig zijn. Daar kleven we dan een prijs op die we baseren op een goedkoper aanbod, maar wel rekening houdend met nog wat keuzevrijheid. We vinden het zeer belangrijk dat het budget dat zo tot stand komt, ook echt haalbaar is voor mensen die er effectief van moeten leven.
Zo bekomen we bijvoorbeeld een budget voor voeding dat rekening houdt met het feit dat mensen gezond moeten kunnen eten. Dat wil niet zeggen dat we er vanuit gaan dat iedereen gezond moet eten, maar we vinden het wel belangrijk dat mensen zelf de keuzevrijheid hebben om gezond te kunnen eten.

Door dat allemaal op te tellen bekom je dus de inkomens die nodig zijn om menswaardig te kunnen leven.

Wij proberen een theoretische ondergrens te definiëren. Als je daaronder zit, dan is het gewoon niet mogelijk om nog volwaardig deel te nemen aan de samenleving. Maar om dat te doen moeten we ook uitgaan van enkele veronderstellingen. We gaan bijvoorbeeld uit van gezinsleden die in goede gezondheid zijn en leven in een kwaliteitsvolle woning, terwijl we weten dat dit in de realiteit niet automatisch het geval is, zeker niet voor mensen die in armoede leven. Wanneer niet aan deze voorwaarden is voldaan, zal het menswaardig inkomen hoger liggen.

Naast de inkomens zijn er ook verschillende sociale correcties. Hoe nemen jullie die mee?

We brengen deze niet standaard in rekening. Je kan er nooit van uitgaan dat mensen de sociale correcties waar ze recht op hebben ook opnemen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat ze recht hebben op een sociale huurwoning maar er geen aanbod is. Maar er kan ook sprake zijn van non take up, wat betekent dat mensen er om één of andere reden niet in slagen om hun rechten te bekomen.
Wat we wel doen is een extra oefening maken om te analyseren wat de impact is van een sociale correctie op de hoogte van het menswaardig inkomen, als die effectief opgenomen zou worden.

Laten we even focussen op de woonthematiek. Kunnen huishoudens met een uitkering uit sociale bijstand of sociale zekerheid een huurwoning op de private markt betalen?

Als we kijken naar het leefloon, de inkomensgarantie voor ouderen of een minimum werkloosheidsuitkering, dan zien we dat dit onvoldoende is om een woning te huren op de private markt. Zelfs bij éénverdienersgezinnen die werken aan een minimumloon met kinderen zien we dat het niet lukt om de private huurprijzen te betalen. We nemen hiervoor de mediane huurprijzen in Vlaanderen.

Wat als diezelfde mensen sociaal kunnen huren of een huurpremie krijgen?

Voor alleenstaanden met een leefloon, een minimum werkloosheidsuitkering of een minimumloon blijkt dat, wanneer ze een sociale huurwoning kunnen huren, hun inkomen net toereikend is. Dat is echter niet het geval voor koppels, met of zonder kinderen, die leven van een leefloon of een werkloosheidsuitkering. Zelfs een sociale huurwoning lost dat niet op.
Voor alle gezinstypes met een minimumloon is het wel toereikend, behalve voor een koppel met twee oudere kinderen.
Nogmaals, we gaan er hierbij nog steeds van uit dat er geen extra gezondheidskosten zijn, erg hoge energiekosten zijn en zo meer.

Jullie onderzoeken ook of het loont om te werken. Wat is jullie conclusie?

Overstappen naar een voltijdse tewerkstelling loont in de meeste gevallen zolang de extra uitgaven die soms gepaard gaan met werken niet te hoog zijn. Wanneer het gezin bijvoorbeeld een eigen wagen moet aankopen, dan verdwijnt voor een groot stuk het financiële voordeel om over te stappen van een leefloon of een minimum werkloosheidsuitkering naar een minimum of laag inkomen uit arbeid.

De kinderopvangkost voor kinderen die nog niet naar school gaan en kinderen in het basisonderwijs valt op zich mee. We zijn hier voor kinderen die nog niet naar school gaan uitgegaan van opvanginitiatieven die het inkomenstarief hanteren. Dat doen we omdat de meerderheid van de Vlaamse voorschoolse kinderen in zo’n initiatieven wordt opgevangen.
Wanneer dit soort kosten hoog oplopen, dan wordt het financieel voordeel om te gaan werken uiteraard sterk verkleind. Bij een halftijdse tewerkstelling is er zo goed als geen financieel voordeel om te gaan werken, zeker niet wanneer er rekening wordt gehouden met extra uitgaven voor een eigen wagen of kinderopvang.

Alle gezinstypes die voltijds of halftijds gaan werken tegen een minimumloon of een laag loon kunnen gelukkig nog altijd beroep doen op selectieve toeslagen van het groeipakket en komen nog steeds in aanmerking voor een sociale woning. Dat is heel belangrijk, omdat deze sociale correcties een grote impact hebben op het huishoudbudget.

Het is dus belangrijk dat de inkomensgrenzen voor deze twee sociale correcties voldoende hoog zijn zodat ook mensen met lage inkomens in aanmerking blijven komen. Stel dat men zou overschakelen naar inkomen uit arbeid met een laag loon en men zou deze sociale voordelen verliezen, dan wordt het echt nadelig om te gaan werken. Mensen verliezen wel een aantal andere sociale correcties door te gaan werken maar de impact daarvan is veel beperkter.

De impact van het sociale huurwoning is daarentegen wel heel groot. Ook de impact van een huurpremie is in vergelijking met andere sociale correcties best groot. Maar in Vlaanderen sta je eerst vier jaar op de wachtlijst voor je die krijgt. Wallonië heeft beslist om deze al toe te kennen na 18 maanden. Het zou interessant zijn voor beleidsmakers om deze mogelijkheid voor Vlaamse kandidaat-huurders te onderzoeken.

Bekijk hier de volledige infographic van het CEBUD over menswaardig leven voor vier gezinstypes.