De verhuurder kan het contract enkel opzeggen wanneer dit ten einde loopt. Hij moet dan een opzegtermijn van zes maanden hanteren.
Hij kan wel op elk moment de negenjarige woninghuurovereenkomst opzeggen wanneer hijzelf, zijn echtgeno(o)t(e) of iemand uit zijn dichte familie (tot in de derde graad) de woning wil betrekken. Is het woninghuurcontract afgesloten vanaf 1 januari 2019 en zegt de verhuurder niet voor zichzelf of zijn echtgeno(o)t(e) op, dan kan de opzegging ten vroegste uitwerking krijgen na 3 jaar.
De verhuurder kan de negenjarige woninghuurovereenkomst ook met een opzegtermijn van zes maanden opzeggen tegen het verstrijken van het derde of zesde jaar, wanneer hij grote renovatiewerken (ook wederopbouw) wil uitvoeren. Is het woninghuurcontract afgesloten vanaf 1 januari 2019, dan kan dit na drie jaar op elk moment.
Tenslotte kan de verhuurder ook met zes maanden tegen het verstrijken van het derde of zesde jaar ongemotiveerd opzeggen. Maar dan heeft de huurder recht op een opzegvergoeding die respectievelijk negen of zes maanden huur bedraagt.
Als je verhuurder vervroegd opzegt, dus niet tegen het einde van de huurovereenkomst, dan kan je als huurder een tegenopzegging doen van 1 maand.
Krijg je een opzegbrief binnen van je verhuurder? Kom zeker eens langs bij de huurdersbond of de opzeg wel wettelijk is.