De visie van Groen op ons woonbeleid

Gepost op 2019-04-14

Wij stelden de verschillende politieke partijen 5 vragen over de toekomst van ons woonbeleid. Lees hieronder het antwoord van Groen. Klik hier als je ook de antwoorden van CD&V, N-VA, Open VLD, SP.A, PVDA en Vlaams Belang wil kennen.

 

De toegang tot de private huurmarkt is erg moeilijk. Er zijn te weinig kwaliteitsvolle en betaalbare huurwoningen. Tegelijk is er heel wat discriminatie en negatieve selectie. Daarenboven werd de huurwaarborg verhoogd. Hoe wil uw partij de toegang tot de private huurmarkt bevorderen?

Rapporten tonen de discriminatie m.b.t. vermogen en afkomst op de huurmarkt duidelijk aan. Uit de praktijk in Gent blijkt dat een handhavingsbeleid wel degelijk werkt. Groen verdedigt een ketenbenadering. Eerste stap is om met mystery calls en praktijktesten discriminatie bloot te leggen. Komt discriminatie boven water, dan is het zaak om verhuurders  in eerste instantie te sensibiliseren, te informeren en bemiddelend op te treden. Dan neemt discriminatie al af. Bij herhaalde, intentionele en structurele discriminatie waarbij verhuurders de toegang tot de huurmarkt systematisch (blijven) ontzeggen aan een bepaalde groep mensen, is een actiever optreden nodig. Daar ziet Groen een belangrijke rol voor de overheid (het parket) die handhaving ernstig moet nemen.

Om de toegang tot de huurmarkt te waarborgen voor iedereen, ook voor sociaal-economisch zwakkeren, brengt Groen de huurwaarborg die recent verhoogd werd tot drie maanden, terug op twee maanden. Daarnaast wil Groen voor de private huurders een Verzekering Gewaarborgd Huren.

 

Op de private huurmarkt betalen veel huurders zich blauw aan woningen en appartementen van slechte kwaliteit. 30% van alle huurders houdt na het betalen van zijn huur te weinig over om menswaardig te leven. Hoe wil uw partij de private huurmarkt kwaliteitsvoller en betaalbaarder maken?

Op de private huurmarkt voert Groen op korte termijn het systeem van veralgemeende huurtoelage in. Sociale huurders die recht hebben op een sociale woning maar er door het tekort geen krijgen toegewezen, helpen we op de private huurmarkt met een huurtoelage. Die koppelen we dus aan hun ‘woonbehoefte’ (inkomen en vermogen) en niet aan de woonkwaliteit.

Om de kwaliteit op de huurmarkt te verbeteren, voert Groen een dubbele strategie:
– We verbeteren de bestaande stock. We stellen de Vlaamse renovatiepremie open voor private huurders. Uiteraard doen we dit omkaderd, met waarborgen rond betaalbaarheid en woonzekerheid voor de huurders.
– We nemen grip op de woonmarkt en zitten rond de tafel met ontwikkelaars die bereid zijn om goede, energiezuinige private huurwoningen voor diverse groepen (alleenstaande, jonge gezinnen met kinderen) op te leveren in kernen van steden en gemeenten.

 

Momenteel hebben we in Vlaanderen 155.000 sociale woningen. Dat is 6,5% van het totaal aantal Vlaamse woningen. Er staan ondertussen 135.000 mensen op de wachtlijst. Wil uw partij een ambitieuzere groei van het aandeel sociale woningen?

Ja, voor Groen speelt sociale huisvesting een belangrijke rol in het oplossen van de wooncrisis. Groen wil dan ook dat het aandeel sociale woningen blijft groeien. Omdat de vraag naar sociale woningen vele malen groter is dan het aanbod, bouwen we bijkomend aanbod daar waar de sociale woonnood het hoogst is. Concreet willen we dus vooral een toename van het aanbod boven het wettelijk voorziene minimum van 9% in die steden en gemeenten met de langste wachtlijsten.  Deze nieuwe sociale woonprojecten komen in compacte woonkernen, waar ze de motor worden van stads- en wijkvernieuwing.

Om de kwaliteit en de energieprestaties van de bestaande stock gevoelig te verbeteren, komen er extra middelen voor renovatie. De uitverkoop van sociaal patrimonium willen we uitdrukkelijk niet. Ontbreekt het een Sociale Huisvestingsmaatschappij aan middelen, dan verkoopt deze uitsluitend aan coöperatieven die de woningen renoveren en verhuren aan sociale huurders (zoals in het model van Collectief Goed).

 

Er is algemene consensus onder academici dat de woonbonus niet werkt. Het systeem drijft de prijzen op en verdeelt van arm naar rijker. Is uw partij bereid om de middelen van de woonbonus te heroriënteren naar waar het echt nodig is, namelijk de sociale en private huurmarkt?

De woonbonus is inderdaad een voorbeeld van slecht woonbeleid. Bovendien behoort het tot een woonmodel waarbij eenzijdig werd ingezet op eigendom. In dat model werden andere woonvormen, zoals huren, stiefmoederlijk behandeld. Groen wil evenwicht brengen in ons woonmodel waarbij huren en kopen evenwaardige keuzes worden. We willen dus een evenwaardige private huurmarkt zodat meer mensen die dat willen, voluit kunnen kiezen voor de voordelen van huren. Dat vereist een gezonde private huurmarkt met voldoende, voldoende divers en betaalbaar aanbod van energiezuinige en moderne private huurwoningen die bovendien ook goed gelegen zijn. Voor mensen die op eigen kracht geen woning kunnen kopen of huren, zet Groen in op een ruime sociale huurmarkt.

Groen voorziet sowieso een strategie en bijhorende financiering van een sterkere private en sociale huurmarkt (zie eerdere voorstellen). Op de koopmarkt doeken we de woonbonus op en verlagen we de  registratierechten gevoelig door de eerste schijf van 175.000 euro vrij te stellen. bovendien herstellen we de progressiviteit van de registratierechten. Zo helpen we vooral jonge kopers en kopers met minder middelen.

 

Wat is volgens uw partij de grootste woonuitdaging voor de volgende regering?

De wooncrisis sleept intussen al langer dan een decennium aan. Cijfers tonen steeds meer een beeld van een hardnekkige wooncrisis waar maar geen verbetering in lijkt te komen. Wonen maakt in Vlaanderen arm en ziek. Dat tij keren is de grootste uitdaging voor de volgende regering. Groen heeft daarvoor de meest overtuigende voorstellen in huis zoals een versterking van de sociale en de private huurmarkt, een eigendomsneutrale fiscaliteit en een kernversterkend aanbodbeleid.

 

Lees hier ook de antwoorden van CD&V, N-VA, Open VLD, SP.A, PVDA en Vlaams Belang.