Het belang van een gezond binnenmilieu
Gepost op 2021-11-14Wist je dat we gemiddeld 85% van onze tijd binnenshuis doorbrengen, vooral in onze eigen woning? En dat lucht binnenshuis vaak meer schadelijke stoffen bevat dan buiten?
Het jaar 2020 leerde ons ‘in ons kot’ te blijven, met onze gezondheid als argument. Maar het ene kot is het andere niet: de lucht binnenshuis bevat vaak meer schadelijke stoffen dan buiten. Wie veel tijd in een woonst met ongezonde binnenlucht doorbrengt, kan op termijn kampen met luchtwegaandoeningen, hoofdpijn, astma en allergieën. Kinderen, ouderen, zwangere vrouwen en mensen met luchtwegproblemen zijn gevoeliger aan binnenmilieuproblemen.
Onrechtstreeks kan een ongezond binnenmilieu leiden tot mindere prestaties op school en op het werk, en komt het sociaal leven van bewoners onder druk te staan. Wie met schimmel- of vochtproblemen kampt, is nu eenmaal minder snel geneigd om mensen thuis uit te nodigen óf zich buitenshuis te begeven. Kortom: het belang van een gezond binnenmilieu valt niet te onderschatten.
Theorie versus praktijk: 1 – 0
Behoorlijke huisvesting is een basisrecht in België, dat opgenomen is in onze grondwet. Sinds 2000 is daar het “fundamenteel recht om gezonde lucht in te ademen” aan toegevoegd door de Wereldgezondheidsorganisatie. Maar in de praktijk kan niet iedereen hiervan genieten. Niet alleen telt ons land veel dak- en thuislozen, we kampen ook met een zogenaamd “verouderd woonpatrimonium”: 60% van onze huizen is vóór 1970 gebouwd en voldoet niet meer aan de huidige eisen rond gezondheid, comfort en energie-efficiëntie. Bovendien zou 37% van de huizen “van ontoereikende kwaliteit” zijn, wat verwijst naar vochtproblemen, te weinig licht, overbezetting en de afwezigheid van sanitair zoals een bad, douche of toilet met lopend water.
1 op de 5 woont problematisch
Wie woont er dan precies in die huizen “van ontoereikende kwaliteit”? Behoorlijk wat mensen, zo blijkt: 20,7% van de Belgische bevolking woont in een huis met structurele problemen. De grootste risicogroepen in Vlaanderen zijn eenoudergezinnen en alleenstaanden, werklozen, gezinnen waar beperkt gewerkt wordt, huurders, de laagste inkomensgroepen en niet EU-burgers. Ook armoede is een risicofactor. Mensen in armoede komen vaker terecht in de lagere regionen van de (private) huurmarkt, waar vaker kwaliteitsproblemen vastgesteld worden.
Gezond binnen? Dat dragen we SAMEN naar buiten
Meerdere factoren dragen bij tot een ongezond binnenmilieu. Een woonst kan met structurele problemen kampen, zoals schimmel of een lekkend dak. De gebruikte bouwmaterialen spelen een rol, maar ook het gedrag en de gewoontes van de bewoners hebben een sterke invloed.
Om in te zetten op een gezond binnenmilieu, is het daarom belangrijk om de handen in elkaar te slaan met verschillende beleidsdomeinen, organisaties en experten, binnen het lokale gemeentebestuur en daarbuiten. Ook sociale huisvestingsmaatschappijen en verhuurkantoren, OCMW’s, CAW’s en armoedeorganisaties spelen een cruciale rol om mensen in een maatschappelijk kwetsbare situatie te bereiken.
Daarom organiseren het Vlaams Instituut Gezond Leven vzw en de Vlaamse Logo’s op initiatief van het Agentschap Zorg en Gezondheid jaarlijks de actieweek Gezond Binnen. In de aankomende actieweek ‘Gezond Binnen: dat lucht op’ worden opnieuw vijf goede praktijkvoorbeelden in de verf gezet, die lokale besturen kunnen stimuleren om zelf actie te ondernemen rond het creëren van een gezond binnenmilieu voor hun inwoners.
Voor meer informatie rond gezond binnenmilieu, bekijk dan zeker de website van VIGEZ!